Een groot deel van de week plaatst hij zonnepanelen op daken. Daarnaast is hij volop schapenhouder. Gerrit van den Berg uit Ermelo geniet ervan om zijn Gotlanders en Schoonebeekers te laten grazen op veldjes en bermen in Harderwijk. “Je komt zulke leuke mensen tegen.”

Alles in zijn leven ademt schapen. Op de bank liggen vachten van zijn eigen dieren in verschillende kleuren: van helderwit tot bruingrijs. Hij drinkt zijn thee uit een mok met een schapenkop en op de koektrommel prijkt een foto van hemzelf tussen een kudde Zweedse Gotland Pelsschapen.

Op zijn ruime erf in Ermelo staat een grote schuur die negen maanden per jaar gevuld is met caravans. Maar tijdens het lammerseizoen maken die caravans plaats voor schapen. Naast het beheren van een caravanstalling heeft Gerrit een florerend bedrijf in zonnepanelen én is hij schapenhouder. Een druk bestaan, zeker als je beseft dat hij een kudde van 370 schapen houdt. “Die dieren zijn mijn hobby, mijn passie”, legt hij uit. “Na een werkdag maak ik graag een rondje langs mijn schapen. Ze geven me plezier en ontspanning.”

Industriegebied

Hij begraast met zijn kuddes Gotlanders en Schoonebeekers terreinen van de gemeente Harderwijk. Denk aan bermen, parkjes, industriegebieden en andere groene velden. Z’n schapen zijn een milieuvriendelijk alternatief voor grasmaaiers. Gerrit maakt weides met wolfwerende netten en hij verplaatst zijn dieren met behulp van een emmertje brok. Bij grotere afstanden gebruikt hij de trailer. “Het is prachtig om dat te doen”, zegt Gerrit. “Je hebt veel contact met kinderen en volwassenen, je komt zulke leuke mensen tegen. Maar soms kan het ook wel eens wat gedoe geven, bijvoorbeeld als je op vakantie bent op Tenerife en je krijgt een telefoontje dat de schapen zijn losgebroken.” Gelukkig kan hij op zulke momenten terugvallen op zijn collega die ook schapenhouder is. Naast de Gotlanders en Schoonebekers heeft Gerrit 150 Engelse Texelaars. En o ja, ook nog acht Veluwse Heideschapen.

Begrazing in Harderwijk

“De gemeente Harderwijk was eerst wat sceptisch. Ze waren bang dat de Gotlanders en Schoonebeekers alleen de bloemen zouden opvreten. Maar dat bleek niet zo te zijn”, aldus Gerrit. Hij begraast in drie fasen. In het voorjaar vreten de schapen het gras kort zodat er licht en lucht in de zode komt. Op die manier krijgen bloemzaden de kans om te kiemen. In een latere fase komt hij op die percelen terug , zodat de schapen de brandnetels en berenklauw kunnen wegvreten. “Daar kunnen ze heel goed tegen. De dikke pijpen van de berenklauw eten ze gewoon op, waardoor ze deze planten uitbannen.” In de laatste fase gaat hij alle perceeltjes opnieuw langs. “Doordat er nergens bemest wordt, staat het gras nergens heel dik. De bodem is behoorlijk verarmt. Op die manier kunnen onze schapen het prima aan.”

Gotlanders, een Zweeds ras

Ook met z’n Zweedse Gotland Pelsschapen trekt hij de gemeente Harderwijk rond. Hij vond het ras op Marktplaats en was onder de indruk. Nooit eerder had hij van deze dieren gehoord. Inmiddels heeft hij er een flink aantal. “Ze vallen op door hun mooie krulletjes. Je hebt daar veel variaties van; grof, fijn, lang of kort.” Opvallend zijn de mooie gelooide huiden, ook wel pelsen genoemd. “Voel eens”, zegt de schapenhouder en pakt één van de vachten van de stoel in de huiskamer. “De huid is ontzettend zacht. Deze is van één van onze eigen rammen.”

Daarnaast lammeren de ooien makkelijk af en zijn ze de Gotlanders voor kinderen. Het ras laat zich dan ook graag knuffelen. Als Gerrit bij een dorpsactiviteit zoals een kerstwandeling of oogstfeest gevraagd wordt om schapen mee te nemen, dan kiest hij steevast voor de Gotlanders. Jaarlijks laat Gerrit vier rammen goed uitgroeien en slachten. Het vlees heeft een wildsmaak en belandt in zijn diepvries. De huiden krijgt hij terug van de slager, hij maakt ze schoon en behandelt ze met zout. Daarna gaan ze op transport naar Zweden, waar ze worden gelooid. Gerrit verkoopt de huiden voor 250 tot 300 euro per stuk.

Schoonebeekers: buiten aflammeren

De oerkracht van het Schoonebeeker Heideschaap heeft hem verbaasd. “Die schapen zijn echt ontzettend sterk”, zo merkte Gerrit. Toen hij ze kocht, kreeg hij de tip om ze buiten te laten aflammeren. De vorige eigenaar had de Schoonebeekers nog nooit binnen gehouden. Toch liet Gerrit de schapen binnen aflammeren. “Het gaat zo tegen je gevoel in om ze de kou in te sturen.” Het jaar daarop, liet hij zijn dieren kiezen: ze konden in de stal óf in het weiland aflammeren. En wat bleek, op één dier na kozen alle Schoonebeekers voor de buitenlucht. “Blijkbaar heeft dat toch te maken met hun oerinstinct. Interessant toch?”

Schoonebeekers worden geboren in allerlei kleuren. “Het zijn net toverballen”, lacht Gerrit. De Schoonebeeker is dan ook één van de meest bonte heideschapen, ze komen in wel dertig kleurslagen voor, van lichtvos, vaalvos, donkervos, zwartvos, mengvos tot wit en zwart. De schapenhouder waardeert het ras om hun functionaliteit. Het zijn lange, grote dieren die veel ruige planten vreten, zoals onkruid, opslag en twijgjes.  Gerrit: “Ik geniet gewoon van mooie dieren. Of dat nu een mooi bespierde Engelse Texelaar is of een oersterke Schoonenbeeker. Als het dier maar functioneel is voor wat ze moet doen.”

 

Tekst: Mariska Bloemberg – van der Hulst
Foto: Gerrit van den Berg

 

Meer van deze artikelen lezen? Neem dan een (proef)abonnement op Boerenvee.